Wanneer spreek je van een voltooide of niet-voltooide machine?

Let op! Berichten kunnen verouderd zijn, controleer altijd de actuele wet- en regelgeving.

Wanneer spreek je van een voltooide of niet-voltooide machine? De definitie van een voltooide of niet-voltooide machine geeft in de praktijk veel aanleiding tot discussie en verwarring. De volgende situatie komt namelijk regelmatig voor:

Een gebruiker bestelt een machine in 2 delen:

  1. Het machinedeel wordt geleverd door een machinefabriek.
  2. De besturingskast wordt geleverd door een kastenbouwer.

Levert de machinefabriek nu een voltooide of niet-voltooide machine?

Het ontbreken van een besturingskast kan worden beschouwd als het ontbreken van een zogenaamd “constitutional” deel van de machine. Hiermee moet het machinedeel worden beschouwd als een niet-voltooide machine. Heel belangrijk hierbij is de II.1.B verklaring, want daarop moet de machinefabriek aangeven aan welke eisen van de machinerichtlijn het machinedeel wel of niet voldoet.

Zelf CE-certificering door gebruiker na samenbouw

Wanneer het machinedeel en de besturingskast is samengebouwd, dient de gebruiker zelf de CE-certificering uitvoeren van het samenstel en een II.1.A verklaring opstellen. Dit betekent dat de gebruiker kennis moet hebben van CE-certificeren of hierbij hulp moet inschakelen. Kennis vergaren over CE-certificeren kan onder ander door het volgen van een gedegen opleiding over CE, zoals de CE Masterclass Machinebouw, (CESafetyExpert CESE®).

Nog beter is om bovenstaande situatie te vermijden, door als gebruiker een complete machine aan te schaffen, dus het machinedeel inclusief de besturingskast. De samenbouwer levert dan een complete machine incl. een II.1.A verklaring.

Moet de gebruiker dan niets meer doen? Nee, de gebruiker moet nog steeds een risico-inventarisatie en -evaluatie maken van de complete machine. Dit is verplicht op basis van de Arbowet (NL) / Codex (B).